De Italianen noemen de streek ‘Il gran secreto d’Italia’, wat het best bewaarde geheim van Italië betekent. Je vindt hier namelijk geen toerisme, verkeer en industrie, maar wel glooiende heuvels, prachtige groene vergezichten, olijfgaarden en wijngaarden. Je kunt heerlijk wandelen in de heuvels rondom het huis (uitlopers van de Apennijnen) tot een hoogte van soms 1200 meter.
Wie de Sabina binnenrijdt komt al meteen tot rust. De zon, het eten, de mensen, de marktjes, de cultuur, de kleine, pittoreske bergdorpjes, de restaurantjes: alles wat een mens nodig heeft om de hectiek van het gewone dagelijks leven te kunnen vergeten.De dorpjes liggen op steenworp afstand van het huis. Het grootste plaatsje is Poggio Mirteto (vrijdagmarkt met lokale producten) op 10 km, verder Roccantica (3 km), Casperia, Cantalupo en Poggio Catino (5km).
Rij naar zo’n bergdorpje en je waant je in de vorige eeuw. Neem een espresso op het dorpsplein en observeer de mensen, lees je krant, loop over de markt of doe gewoon lekker niets.